Detail
Artikel 19.11, lid 14, onderdeel a - Brandbeveiliging van trappen
In artikel 19.11, veertiende lid van ES-TRIN wordt het volgende bepaald:
14. Inwendig gelegen trappen en liften moeten op alle niveaus door wanden als bedoeld in het tweede lid zijn omgeven. De volgende uitzonderingen kunnen worden toegestaan:
a. Een trap die slechts tussen twee dekken ligt behoeft niet in een schacht te liggen, wanneer de trap op één dek door wanden als bedoeld in het tweede lid is omgeven.
b. In een verblijfsruimte behoeven trappen niet in een schacht te liggen, wanneer ze volledig binnen deze ruimte liggen en
aa. wanneer deze ruimte niet meer dan 2 dekken omvat dan wel
bb. indien in deze ruimte op alle dekken een automatisch werkende sprinklerinstallatie als bedoeld in artikel 13.04 is geïnstalleerd, deze ruimte beschikt over een installatie voor het afzuigen van rook als bedoeld in het zestiende lid en deze ruimte op alle dekken een toegang tot een trappenschacht heeft.
Omschrijving van het probleem/Vraag
Overeenkomstig de eerste volzin van artikel 19.11, tweede lid, moeten inwendig gelegen trappen en liften door wanden zijn omgeven.
Het begrip “door wanden omgeven” wordt in het ROSR [ES-TRIN] niet bepaald (de maximaal toegelaten afstanden van de wand tot de trap of tot de lift zijn bijvoorbeeld niet vastgelegd).
Voorts behoeft een trap overeenkomstig onderdeel a, niet in een schacht te liggen, wanneer de trap op één dek door wanden als bedoeld in het tweede lid is omgeven.
Wat is het verschil tussen de begrippen “in een schacht liggen” en “door wanden omgeven”?
Toelichting/Antwoord:
De Commissie van deskundigen van Bazel is van mening dat het ROSR [ES-TRIN] op dit punt toegelicht moet worden et stelt voor dat het veertiende lid, onderdeel a, als volgt wordt aangevuld:
a. Een trap die slechts tussen twee dekken ligt behoeft niet in een schacht te liggen, wanneer de ruimte waarin de trap zich bevindt op één dek door wanden als bedoeld in het tweede lid is omgeven.
Kunnen de andere Commissies van deskundigen hiermee instemmen?
RV/G (08) 26 rev.1, CH 2
De VOORZITTER vat de conclusies van de werkgroep als volgt samen:
• De trap waarvan sprake is in artikel 19.11 veertiende lid, onderdeel a, is qua vorm een halve trappenschacht; de trap moet ten minste op één dek omgeven zijn door wanden.
• Voor het omgeven van een trap gelden de regels die van toepassing zijn voor scheidingsvlakken tussen de beide ruimten die de trap verbindt. Bij een trap tussen verblijfsruimten zijn dat scheidingswanden van het type B.
RV/G (09)m 1 punt 4
CCR werkgroep Reglement van Onderzoek, RV/G, brandbeveiliging, trappen, trappenschacht